N: 1471
Eerste blad | Heden den zevenden Mei negentien honderd en een. ____ compareerden voor mij Frederik Stuart notaris ten standplaats Heemse, gemeente Ambt Hardenberg in te- genwoordigheid van de Edel Achtbaren Heer Meester Joachimus Lunsingh Frima, Rechter in het Kanton Ommen, woondende te Ambt Ommen,en in bijzijn van de nate noemen getuigen _____________________ 1 Hendrik Jan Kremer, landbouwer wonende te Stad Har- denberg , handelende uit eigen hoofde en tevens als gemachtigde van: __________________________ a Albert Kremer fabrieksarbeider wonende te Enschedé __ krachtens onderhandse akte van volmacht getekend __ dertig Maart laatstleden voorzien van het navolgende __ relaas van registratie “Geregistreerd te Ommen den __ zesden April 1900 en een, deel 44 facto 133 recto vak __ 5 Een blad geen renvooi. Ontvangen voo recht een gul- __ den twintig cent. De ontvanger getekend Wiersema __ den derden April jongstleden voor mij notaris geparfeerd __ en alsoo onder de minuten van mij notaris berustende en b Hendrik Kremer landbouwer wonende te Stad Hardenberg c Derk Meier landbouwer wonende te Heemse gemeente __ ambt Hardenberg, als in algehele gemeenschap van __ goederen gehuwd met Grietje Kremer ______________ d Maria Kremer landbouwster wonende te Stad Hardenberg __ weduwe van Hendrik Jan Heils, uit eigen hoofde __ en als moeder en wettige voogdes over hare beide nog __ minderjarige kinderen genaamd Roelof – en Gerhar- __ dus Heils uit haar huwelijk met wylen haren __ voornoemde echtgenoot geboren. _______________ e Hendrik Jan Woelders landbouwer wonende te Stad Har- __ denberg in zijne hoedanigheid van toeziend voogd over __ de hiervoor genoemde minderjarigen _____________ blijkens onderhandsche akte van volmacht getekend den dertigsten April laatstleden, die na door den latsthebber in tegenwoordigheid van mij notaris en de getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan door hem met de getui- gen en mij notaris geteekend te zijn aan deze minuut zal worden vastgehecht ten einde gelijktijdig daarmede ter registratie te worden aangeboden _____________ 2 Gerrrit Kremer landbouwer wonende te Stad Hardenberg ___ comparanten verklaarden: ____________________ dat te Stad Hardenberg hebben gewoond de echtelieden Roelof Kremer Gerrits zoon en Hendrika Boers de onder de tegenwoordige wet in algeheele gemeenschap van goe- deren met elkander zijn gehuwd geweest ______________ dat op den zevenentwintigste september achttienhon- derd vierennegentig genoemde Roelof Kremer is overleden na bij testament op den zesentwintigsten september van dat zelfde jaar voor mij notaris geparfeerd, het levens- lange vruchtgebruik zijner geheele nalatenschap te hebben gelegateerd aan zijne echtgenoote Hendrika Boers welk vruchtgebruik thans door haar overlijden is vervallen en die tot erfgenamen volgens de wet achterliet zijnende |
|
uit zijn voormelde huwelijk geboren kinderen Hendrik Jan – Albert – Gerrit – Hendrik – Grietje – en Maria Kremer ieder voor een zesde gedeelte en allen hiervoor genoemd _______________ dat op de tienden Maart negentienhonder en een is overleden gemelde Hendrika Boers, die bij testament op den twaalfden Mei achttienhonderd zevenennegentig mede voor mij notaris geparfeerd, tot erfgenaam van het beschikbare gedeelte harer nalatenschap heeft benoemd haren zoon Hendrik Jan Kremer zoodat hare nalatenschap wordt geerft door genoemden Hendrik Jan Kremer voor drie achtste gedeelte en door hare vijf overige kinderen ieder voor een achtste gedeelte _________________________ dat op den veertienden augustus achttienhonderd twee en negentig te Stad Hardenberg ab intestato is overleden Hendrik Jan Heils, tot eenige erfgenamen bij versterf achter latende zijn twee uit zijn huwelijk met de lastgeefster Maria Kremer geboren kinderen de hiervoor genoemde min- derjarigen Roelof en Gerhardus Heils _________________ dat aangezien gemelde Maria Kremer niet heeft voldaan aan het voorschrift van artikel 182 van het Burgelijk Wetboek, de gemeenschap tussen haar en hare voormelde minderjarige kinderen nog voorduurt zoodat het aandeel waartoe zij in hare ouderlijke nalatenschap gerechtigd is, in die voortgezette gemeen- schap valt. ____________________________________ dat alzoo tot den gemeenschappelijke boedel van wijlen de voormelde echtelieden Roelof Kremer Gerritszoon en Hendrika Boers, voor de helft ieders nalatenschap gerechtigd zijn: Hendrik Jan Kremer voor dertien achtenveertigste – Albert – Gerrit – Hendrik – en Grietje Kremer ieder voor zevenachtenveertigste en Maria Kremer en hare beide minderjarige kinderen te zamen voor zeven achtenveertigste gedeelte ______ dat zijn comparanten wenschten overtegaan tot scheiding en verdeeling van de gemeenschappe- lijken boedel, mij verzaekende daarvan de noodige akte op te maken __________________________ De comparanten gaven daartoe te kennen: ________ dat de …….. boedel is geinventariseerd bij akte op den zesden April laatstleden voor mij notaris geparfeerd, welke inventaris zij tot grondslag voor deze boedel scheiding en verdeeling willen doortrekken dat de tot den boedel behoorende onroerende goederen zijn geschat door Herman Wilhelm Weitkamp koopman, Lambert Goris en Hen drik Haarndrikman landbouwers, allen wonende te Stad Hardenberg, als deskundigen en als zoodanig door den Heer Kantonrechter in het Kanton Ommen beedigd, welke deskundigen van hunne waardeering een pro- ces – verbaal van taxatie hebben opgemaakt, dat mede aan deze minuut zal worden geannecteerd En verklaarden de comparanten dat de gemaakte gemeenschappelijke boedel blijkens voormelden ….. | ||
Tweede blad | is samengesteld als volgt ______________________ _________________Actief ___________________ 1 Onroerdende goederen_______________________ a Tweehonderd negenenzeventig, drie honderd twin _ tigste (279/320) onverdeelde aandeelen in een huis _ en erf met bouw- grasland in de gemeente Stad _ Hardenberg, aldaar Kadastraal bekend Sectie A. _ nommers 195a, 953 850 en Sectie C nommers 109 _ en 125 te zamen groot een hectare zevenaren _ een en zeventig centiaren voor die aandelen geschat _ op achthonderdzesenzeventig gulden ____________ f 876,= b Onderscheidene perceelen bouw en grasland _ tuin, heide en veengrond aldaar Kadastraal be _ kend Sectie A nommers 865, 454, 733, 326, 786 _ 1632, 576, 1016 en Sectie C nommers 1055, 1054 _ 560,561,562 en 563, te zamen groot een hectare _ acht en zestig aren zevenentachtig centiaren geschat _ op duizend en vijfenzeventig gulden_____________ 1075,= c Een schuur met grond op de doelen aldaar _ kadastraal bekend gemeent Stad Hardenberg _ Sectie A nommer 1528 groot een en veertig _ centiaren, staande dit nummer bij het kadas _ ter abusief te namen van Harm Jan van Loo _ geschat op honderd dertig gulden _____________ 130,= 2 Roerende lichamelijke goederen blijkens voor melden inventaris geschat op vierhonderd zeven en tachtig gulden vijfenzeventig cent _________ 487,75 Totaal van het actief tweeduizend vijf honderd acht en zestig gulden vijenzeventig cent _____________________________________ f 2568,75 ________________Passief___________________________ Eene hypotheacair schuld wegens geleend geld aan Willem Roelofs te Radewijk rentende vier percent op een Januari groot in kapitaal drie honderd gulden ___________________ f 300,= rente van een Januari negentienhonderd tot een Mei negentien honderd en een zestien gulden _______________________ 16,= Een schuld wegens geleed geld aan den zelfden rentende vier percent op een Januari groot in kapitaal honderd gulden _________ 100,= rente van een Januari negentien honderd tot een Mei negentienhonderd en een vijf gul- den en twee en dertig cent ______________ 5,32 Aan H W Weitkamp voor geleverde goe- deren honderd gulden acht cent __________ 100,08 Aan Doctor van de Veen, thans te Nijverdal veertig gulden _______________________ 40,= Aan Doctor van Maunen te Gramsber – gen twintig gulden _____________________ 20,= Aan J G Makkinga voor geleverde goe- deren vijfentwintig gulden _______________ 25,= Aan L Brand voor timmerwerken acht gul- den _______________________________ 8,= Totaal van het passief zeshonderd ________ transporteren f 614,40 f 2568,75 | |
_____________________ transport f 614,40 f 2568,75 veertiengulden en veertig cent __________________ 614,40 Zoodat de gemeenschappelijke boedel ___________________ een zuiver te verdeelen saldo opleverd van ________________ negentien honderd vierenvijftig gulden vijf en dertig cent _______________________________f 1954,35 Waarvoor alzoo zijn gerechtigd _________________________ Hendrik Jan Kremer voor dertien acht en veertigste gedeelte of vijfhonderd negenen twintig gulden vijfendertig cent ______________________________________f 592,35 Albert – Gerrit – Hendrik – en Grietje elk voor zeven acht en veertigste gedeelte of twee honderd vijfentachtig gulden ___________________ f 285,= en Maria Kremer en hare beide minderjarige kinderen te zamen voor zevenacht en veertigste gedeelte of twee honderd vijfentachtig gulden ______ f 285,= De vaststelling der massa en de regeling der rechten van codeerdenten door partijen en den Heer Kanton rechter zijnde goedgekeurd, zoo wordt alsnu met de onderling goedvinden en onder goedkeuring van den Heer Kantonrechter toebedeeld aan: I den comparant Hendrik Jan Kremer_________________ het gehele hiervoor omschreven tot den boedel behorende actief tegen de daarvoor toegekende waarde van twee duizend vijfhonderd acht en zestig gulden vijf en zeventig cent _________________________ f 2568,75 onder verplichting om voor zijne rekening te nemen het geheele gemelde passief van de boedel ten bedrage van zes honderd veertien gulden en veertig cent _______________________f 614,40 en om in gereed geld uit te keeren 1 aan zijn drie broeders Albert – _ Gerrit – Hendrik Kremer en aan _ zijne zuster Grietje Kremer ieder een _ bedrag van tweehonderd vijfentachtig _ gulden af aan hen te zamen elf honderd _ veertig gulden __________________________ f 1140,= 2 Aan zije zuster Maria Kremer en _ hare beide minderjarige kinderen _ gezamenlijk een bedrag van twee _ honderdvijfentachtig gulden ________________f 285,= te zamen twee duizend negen en dertig gulden veertig cent ______________________________f 2039,40 Zoodat hij comparant juist ontvangt het hem toekomend aandeel en het saldo van den boedel ad vijfhonderd negenentwintig gulden vij en dertig cent ______________________________f 529,35 II Den comparant Gerrit Kremer, de lastgevers Hendrik – en Albert Kremer en den lastgever Derk Meier als in huwelijk hebbende Grietje Kremer -___ de hiervoor gemelde door den comparant Hendrik Jan Kremer aan hen te doene geldeljke uitkering, juist gelijk staande met het aan ieder hunner toekomend aandeel in het zuiver saldo van den boedel ten bedragen van twee honderd vijfentachtig gulden _________________f 285,= ======== | ||
Derde blad | __III de lastgeefster Maria Kremer weduwe van Hen- ____ drik Jan Heils en hare beide minderjarige kin- ____ deren Roelof en Gerhardus Heils___________ de hiervoor gemelde door den comparant Hendrik Jan Kremer aanhaar te doene geldelijke uitkering juist gelijk staande met het hun gezamenlijk toekomende aandeel in het zuiver saldo van den boedel ten bedrage van tweehonderd vijfentach- tig gulden ________________________________f 285,= De comparanten verklaarden te aanzien dezer scheiding en verdeling nog te hebben bepaald dat de onroerende goederen op den verkrijger overgaan met alle daaraan verbonden lusten en lasten heerschende en lijdende erfdienst baarheden, en ____________________________ dat zij dadelijk door hem in bezit en genot kunnen worden aanvaard onder verplichting om alle daarvan geheven wordende belastingen van heden af te betalen ___________________ De comparanten uit eigen hoofde en in ge- melde hunne kwaliteit verklaarden daarna met de vorenstaande scheiding en verdeling vol- komen genoegen te nemen en aangezien de gel- delijke uitkeringen, waartoe de comparante Hen- drik Jan Kremer jegens zijn mededeelgenoo- ten verplicht was, reeds hebben plaats gehad, ter zake van den gemeenschappelijken boedel van wijlen echtelieden Roelof Kremer Gerritszoon en Hendrika Boers voormeld, zoomede van hunne nalatenschap- pen, niet meer van elkander te vorderden te hebben, elkander deswege kwiterende en de chargerence zonder enig voorbehouden hoe ook genaamd __________________________ Den Heer Kantonrechter maakte de moeder voogdes en den toezienden voog opmerkzaam op hunne verplichting om zorg te dragen dat de aan de minderjarigen toebedeelde gelden belegd worden overeenkomstig de bepalingen der wet ____________________________________ Ten slotte verklaarden de comparanten dat van de verdeelde onroerende goederen geen titels van aankomst of bewijzen van eigendom bestaan of hun bekend zijn, noch dat voor zoo ver hun bekend er ooit eenige voorschrijving van zoodange titels in de registers ten hypotheekkantore heeft plaatsgehad ____________ De comparanten zijn aan mij notaris bekend ________ ______________Waarvan akte __________________ in minuut opgemaakt is verleden te Stad Ommen in het Gerechtsgebouw aldaar, op dag en jaar voorschreven in tegenwoordigheid van Jacobus Johannus Arendsen barbier en Hendrik Bosch postbode beiden wonende te Stad Ommen als getuigen ____________________________________ | |
En is deze akte onmiddelijke na voorlezing door de comparanten en den Heer Kantonrechter benevens de getuigen en mij notaris onderte- kend HJ Kremer G Kremer JJ Arendsen H Bosch JL Frima F Stuart NotarisGeregistreerd te Ommen den dertienden Mei 1900 en een, deel 59, folie 41, recto vak 5, Drie bladen geen renvooi, Ontvangen voor recht drie gulden vijf en tachtig en een halve cent f 3,85 1/2 De ontvanger. Wiersema | ||
Akte van Volmacht | ||
Leges van de Volmacht | ||
Akte van taxatie |